Particulieren mogen van 1 januari 2023 geen rodenticiden (ratten- en muizengif) meer aanschaffen. Het is noodzakelijk om het gebruik hiervan terug te dringen, omdat rodenticiden ernstige risico’s met zich meebrengen voor mens, dier en milieu en omdat ze geen blijvende oplossing bieden voor het overlastprobleem. Om die reden werken plaagdierbeheersers dan ook al langer met de focus op preventie, wering en niet-chemische bestrijdingsmethoden. Nu wordt dat dus ook van particulieren verwacht vanaf volgend jaar.
Wanneer de nieuwe wetgeving ingaat op 1 januari 2023 mogen er dus geen rodenticiden meer gekocht worden en professionele plaagdierbeheersers moeten vanaf dat moment de inzet ervan nauwkeurig registreren en voor de toepassing ervan extra certificeringen hebben om hiervoor bevoegd te zijn.
Dit komt dus vooral door de risico’s die er kleven aan het gebruik van deze rodenticiden, aangezien niet alleen de doelsoorten zoals ratten en huismuizen ze binnen kunnen krijgen, maar ook niet-doelsoorten zoals vogels en egels. Ook voor die soorten kan het gebruik van dit gif dodelijk zijn, maar ook resistentie ligt op de loer. Daarnaast blijft het gif aanwezig in een muis of rat wanneer die daaraan doodgaat, waardoor roofdieren zoals huiskatten, vossen en roofvogels die stoffen ook weer binnen kunnen krijgen. Na het eten van iedere giftige prooi gaat de concentratie gifstoffen omhoog, waardoor ook die natuurlijke plaagdierbestrijders na verloop van tijd zullen sterven.
Daarnaast zijn rodenticiden ook gevaarlijk voor de mens zelf, bijvoorbeeld doordat kinderen de geleurde ratten- of muizenkorrels voor snoepjes aan kunnen zien. Het terugdringen van het gebruik van deze rodenticiden waar dit niet per se nodig is, heeft dus meerdere reden om deze wetgeving van toepassing te laten zijn.
Een andere reden dat met deze wet het gebruik van rodenticiden moet worden teruggedrongen, is dat het geen blijvende oplossing is voor het overlastprobleem. Ze kunnen de overlast wel tijdelijk verminderen (net zoals een niet-chemische bestrijding met klemmen dat doet), maar nemen de oorzaak van de overlast niet weg. Het inzetten van gif kan een populatie knaagdieren wel terugdringen, maar die vrijgekomen plek wordt meteen weer door andere ratten en muizen ingenomen als er geschikte schuilplaatsen of voedselbronnen aanwezig blijven.
Een nieuwe populatie knaagdieren kunnen zich niet zomaar vestigen of het aantal dieren blijft dan op een niveau dat er geen sprake is van overlast, wanneer dit soort schuilplaatsen en voedsel worden weggenomen of beperkt worden. Goede wering en eventueel bestrijding met klemmen zou volgens professionele plaagdierbeheersers dan ook in de meeste gevallen voldoende kunnen zijn. Als laatste redmiddel kan een professionele plaagdierbeheerser met certificering rodenticiden wel inzetten, maar dat mag alleen als alle mogelijkheden al zijn toegepast voor preventie, wering en niet-chemische bestrijdingsmethoden.
Er is binnen de plaagdierbeheerbranche al een tijdje een verschuiving gaande richting duurzamer plaagdierbeheer er is dan ook inmiddels veel meer kennis dan alleen over het inzetten van gis. Zo is er kennis over een grondige inspectie op locatie, veelvoorkomende plaagdieren, juist advies voor de opdrachtgever en men houdt de kennis op peil door middel van verplichte scholing. De samenwerking tussen opdrachtgever en plaagdierbeheerser is essentieel om tot een permanente oplossing te komen en dierplagen te voorkomen. Voorkomen is namelijk ook in deze branche beter dan genezen.
Tot 29 juni 2023 mogen overigens de middelen met oude, nog niet aangepaste etiketten nog worden verkocht en tot eind 2023 mogen ze nog worden opgebruikt. Vanaf 1 januari 2023 moeten professionele plaagdierbeheersers en agrariërs echter wel gecertificeerd zijn en volgens de nieuwe IPM-regels werken. De middelen met oude etiketten voor particulier gebruik mogen door particulieren in 2023 nog wel opgebruikt worden, maar vanaf 26 december 2023 zijn voor hen alleen nog middelen beschikbaar op basis van alfachloralose om muizen binnenshuis te bestrijden.